Landschapsplan

Poelgeest

te Oegstgeest

Masterplan 18 mei 1998

DS landschapsarchitecten - Amsterdam

 

Visie

Integratie van wonen en landschap, recreatie en natuur houdt in dat moet worden gezocht naar een inbedding van de woningen in het landschap, eerder dan het landelijk gebied in te richten als stedelijk park.

Ooit was het plangebied onderdeel van het uitgestrekte Zuid-Hollands plassengebied. Door de komst van de spoorlijn is het plangebied hiervan afgesneden. Het is daarmee een landschappelijke snipper in een verder verstedelijkt gebied geworden. Het oogt als restruimte, een vergeten stukje. Hoe kan in het landelijk deel van het plangebied een landschap worden gecreëerd dat zo sterk is dat het op zichzelf staat, dat het echt als landschap ervaren wordt?

Een landschap dat een volwaardige tegenspeler is van de bebouwde omgeving?

Dit is mogelijk door het landschapstype van het noordelijk gelegen plassengebieden als het ware over de spoorlijn heen door te trekken. Het plangebied wordt zo onderdeel van een groter landschap. Om dit te bereiken moet de inrichting van het gebied worden afgestemd op het plassengebied en moeten hiermee verbindingen gemaakt worden. Door dit op weloverwogen wijze te laten plaatsvinden worden grote potenties voor natuur en recreatie aangeboord.

 

In het bestaande landschap liggen enkele mogelijke verbindingslijnen. Dit zijn de dijken en de Holle Mare. Ze zijn weliswaar onderbroken door de spoorlijn, maar nog steeds zichtbaar aanwezig.

Het opnieuw verbinden van deze elementen zal een geschikte basis opleveren voor een recreatieve, floristische en faunistische verbinding.

Een nieuwe woonwijk in een nieuw landschap is jong en heeft nog geen eigen geschiedenis en mist daardoor de bezieling die bijdraagt aan een eigen identiteit. Het toekennen van een nieuwe betekenis, een nieuwe laag, kan bijdragen aan het verlenen van identiteit aan de plek. Kunst, in welke vorm of hoedanigheid dan ook toegepast, zal worden gebruikt om dit proces op gang te helpen.


Concept

 

Het concept is rietlanden. De sfeer van het landschap en de woonomgeving dient gelijk te zijn aan die in het plassengebied. Als het ware komt met de bouw van de woonwijk het plassengebied dichter bij de stad te liggen. De wijk, liggend tussen plas en stad, heeft integratie als thema. Daarom worden zoveel als mogelijk de rietlanden in de woonwijk doorgezet.

 

 

 

 


 

Ontwerp

Ruimtelijke structuur.

Het sfeerbeeld wordt bepaald door waar mogelijk riet aan te planten en zodoende aan te sluiten op het beeld van 't Joppe en de Kagerplassen. De polders worden ingericht en beheerd als rietlanden.

Zowel ruimtelijk als functioneel wordt het landschap sterker gemaakt door het bestaande reliëf van dijken in de derde dimensie te vergroten. De dijken rond de polders zijn aan de voet verbreed. Op de verhoogde voet van de dijken rond de polders staan bomenrijen. Ook op de dijk langs de Haarlemmer Trekvaart staan bomen. Het patroon van dijken wordt zichtbaar en er ontstaan groene kamers. Stedelijke invloeden als woningen, bedrijfsgebouwen, loodsen maar ook witte jachten worden, vanuit het landschap gezien, teruggedrongen in het beeld, de illusie van de aanwezigheid van een groot landschap wordt gewekt. Op de dijken liggen wandelpaden die onderdeel uitmaken van een groter netwerk.

De boerderij blijft als enige bebouwingskern over in het landelijk gebied, het wordt onder andere een milieu-educatief centrum. De molen is in de huidige staat interessant voor onder meer vleermuizen en uilen.

Restauratie betekent herstel van een cultuurhistorisch element in een voor het overige veranderd landschap en de natuurwaarde loopt sterk terug. Voorgesteld wordt om de molen niet te restaureren.

Het slotenpatroon wordt zichtbaarder door de sloten te verbreden ten behoeve van natuurontwikkeling.

De rietlanden worden doorgezet in de grote groengebieden in de wijk. Alle functies welke gewenst zijn in de openbare ruimte van de woonwijk worden ingebed in riet.

Eén van deze functies is het opslaan en zuiveren van water. In de nieuwe wijk ligt een uitgekiend watercirculatieplan. Het vuile water wordt hierbij direct bij de bron met behulp van oeverplanten op natuurlijke wijze gezuiverd.

Ontsnipperen door verbinden

De inrichting van het plangebied sluit nauw aan op de omliggende natuurgebieden 't Joppe en de Kagerplassen. Het verbeteren en maken van verbindingen is een belangrijke peiler van het inrichtingsplan. Er ontstaat een vergroting van de bestaande leefomgeving van flora en fauna, dit versterkt de duurzaamheid van het bestaande.

De belangrijkste ecologische verbindingen lopen langs de waterwegen. Om de functie van deze verbindingen te optimaliseren wordt een deel van de oevers van de waterwegen anders ingericht en beheerd. Met name de oevers van de Haarlemmer-trekvaart die nu bijna geheel als jachthaven annex aanlegplaats voor woonboten in gebruik zijn, krijgt een meer natuurvriendelijke inrichting.


Dit geldt ook voor de oever van de Warmonder Leede. De spoorbrug en de ernaast gelegen bebouwing zijn zwakke schakels in de verbinding, nadere studie is hier vereist.

De potentieel meest interessante verbinding wordt gevormd door de Holle Mare. Dit riviertje is door de aanleg van de spoorlijn onderbroken en door de aanleg van Merenwijk deels verdwenen. Ingepast in de inrichting van de golfbaan lig het restant dat uitmondt In de Groote Sloot. De verbinding tussen de beide delen middels een tunnel onder de spoorlijn opent mogelijkheden voor zowel natuur als recreatie. Hierdoor ontstaan namelijk direct te verbindingen tussen het plangebied en 't Joppe en de Kagerplassen. Daarnaast wordt het bestaande fietspad naar Warmond bereikbaar vanuit Poelgeest. Tevens wordt hiermee een interessant geologisch relict, de Holle Mare als restant van een voormalig krekenstelsel, hersteld.


 

 


Techniek

 

Grondbalans

Eén van de ambities van het duurzaam bouwen in Poelgeest is het streven naar een gesloten grondbalans. Uitgaande van de gegevens genoemd in het 'Plan voor duurzame inrichting Poelgeest' en aanvullende berekeningen voortvloeiend uit het Masterplan voor het landschap komen we tot onderstaande, globale, grondbalans. Uit deze balans vloeit voort dat voldoende grond uit het gebied kan worden gewonnen om de uitvoering van de plannen met gesloten grondbalans te laten plaatsvinden.

Watersysteem

Bij een duurzame inrichting van Poelgeest hoort een duurzame waterhuishouding. Hieronder zijn twee mogelijke systemen met elkaar vergeleken.

Model 1 is een systeem waarbij de waterhuishouding optimaal is maar waarbij risico's bestaan voor de waterkwaliteit in het landelijk gebied.

Model 2 is een systeem waarbij behoud van de ecologische kwaliteiten van het plangebied worden gegarandeerd maar waar extra maatregelen voor een goede waterhuishouding noodzakelijk zijn.

Op dit moment is nog geen keuze gemaakt tussen de twee systemen. In dit stadium van het planproces is dat geen probleem. Bij de verdere uitwerking van de plannen is het wel noodzakelijk te weten welk watersysteem gaat worden toegepast.

Om de waterkwaliteit van het stedelijk gebied in zowel model 1 als model 2 te bevorderen is het aanbevelenswaardig een extra watergang te creëren direct ten zuiden van Holle Mare. Hierdoor is een betere watercirculatie mogelijk. De watergang moet het water in het noorden van het Heemland verbinden met de spoorsloot.
   
 
m 3
benodigde hoeveelheid grond:
waterpartijen stedelijk gebied:
waterpartijen Veerpolder:
waterpartijen Kans Hennepoelpolder:
heliofytenfilter en retentiebekken:
maaiveldverlaging bebouwd gebied:
maaiveldverlaging Veerpolder 0.20m:
extra open water Veerpolder:
grond in depot gemeente Oegstgeest:
totaal:
180.000
32.000
30.000
5.000
10.000
25.000/40.000
20.000
28.000/13.000
30.000
180.000

Watersysteem - model I

  • één circulatiesysteem van landelijk en stedelijk water
  • bij wateroverschot in stedelijk gebied water uitslaan in Klaas Hennepoelpolder
  • bij watertekort in stedelijk gebied water inlaten uit Veerpolder
  • waterzuivering in Veerpolder
voordelen nadelen
  • optimaal gebruik waterlopen
  • zelden noodzaak tot water uitslaan op boezem
  • ruim voldoende bergingscapaciteit
  • 1 gemaal
  • waterkwaliteit Broek- en Simontjespolder is even goed
  • inlaat boezemwater is niet nodig
  • geen kans op stank- en muggenoverlast
  • stedelijk water komt in totale natuurgebied
  • zuivering stedelijk water in natuurgebied
  • mogelijk verontreiniging van natuurlijk
  • water oppompen van water van -2.00 naar - 1.50
  • waterkwaliteit noordelijk plangebied is minder

Watersysteem - model 2

  • apart circulatiesysteem in stedelijk en landelijk gebied
  • bij wateroverschot in stedelijk gebied water uitslaan in Veerpolder/boezem
  • bij watertekort in stedelijk gebied water inlaten uit Veerpolder
  • water uit Klaas Hennepoelpolder uitslaan in Veerpolder
  • voorzuivering in stedelijk gebied
  • waterzuivering in Veerpolder
  • watercirculatie als drager van identiteit
voordelen
nadelen
  • voldoende gebruik wateroppervlakte
  • regelmatig noodzaak tot water uitslaan op boezem
  • voldoende bergingscapaciteit
  • lang (voor)zuiveringstraject
  • voorzuivering in stedelijk gebied
  • oppompen van water van -1.75 naar -I.55
  • oppompen van water van -2.15 naar -I.75
  • waterkwaliteit Klaas Hennepoelpolder is beter
  • waterkwaliteit Veerpolder is minimaal even goed
  • waterkwaliteit stedelijk gebied is even goed
  • inlaat boezemwater is niet nodig
  • molen kan dienst doen als gemaal
  • stedelijk water komt in deel natuurgebieddeel
  • zuivering stedelijk water in natuurgebied
  • 2 gemalen
  • extra maatregelen voor circulatie van water
  • één watergang voor twee waterrichtingen
  • mogelijk stankoverlast door zuivering bij stad
  • mogelijk overlast door muggen